“Vertel je morgen dat we zo moesten lachen?” – Verhaal van de maand juli, Ine Werens

Elke maand wordt er 1 verhaal/post/blog verkozen tot verhaal van de maand binnen De Lampdragers. In mei won Nynke met haar blog ‘nabijheid’, in juni won Annemarie hem met een prachtig verhaal. Ine wint het verhaal van de maand in juli.

Voor ik het verhaal hieronder deel, zal ik ook de ‘waarom’ delen. Dat zal ik vanaf nu bij elkaar verhaal van de maand doen.

Ine in het licht gezet

Ine en ik kennen elkaar sinds ik als stagiair op de afdeling liep.  We kenden elkaar niet. We hebben het vaak gehad over de reden daarvan, maar die hebben we nog niet kunnen vinden.

Dat alles veranderde toen er een semi-arts over de afdeling liep met hakken tussen juli en oktober, waar ik stapeldol op was (en achteraf van werd). Ine werd er ook stapeldol van. Ze kon het niet uitstaan.

Alles veranderde toen we in 2017 samen nachtdiensten draaiden tijdens Kerst. Met Hans erbij. Het klikte. We deelden verhalen met elkaar en sindsdien zijn we niet gestopt met het delen van verhalen naar elkaar. 

De reactie die ik onder haar verhaal plaatste in De Lampdragers, was deze: 

“Ik lees, zie, hoor, en voel je groei. Dat je dit nu wel doet en kan tov het AMC heeft veel met jou te maken als mens. Je bent een fantastische verpleegkundige en een nog mooier mens. Ik ben trots op je en je mag ook trots op jezelf zijn. 

Ik heb even getwijfeld om dit niet hier te delen, maar iedereen mag zien hoe speciaal onze band is. 💚”

Grote mond, een nog veel groter hart

Ik kan Ine op veel manieren omschrijven. Grote mond, nog veel groter hart is er een van. Tegen die grote, directe mond moet je wel opgewassen (durven & kunnen) zijn. Tegen haar grote hart en tegen de combinatie ervan ook trouwens.

En wat ben ik dankbaar dat ik toegang heb (lees: krijg) tot dat grote hart. 

Haar verhaal

“Ik wil iets vertellen over 2 diensten in het Hospice waar ik zoals jullie weten als vaste flex werk. Intensieve, indrukwekkende avonddiensten.

Zondagmiddag

Ik had 4 dagen niet gewerkt en in deze dagen is besloten dat een cliënt op maandag euthanasie zou krijgen. In alle kracht en rust besproken en besloten, samen met haar kinderen en kleinkinderen.

Deze waren er op zondag allemaal. Mijn connectie met deze vrouw was vanaf het begin bijzonder.

Ik ging naar binnen om haar te groeten, alleen met onze ogen, wat genoeg was
Ik heb zo weinig mogelijk gestoord, me af en toe laten zien, oogcontact.

Tussendoor in onze huiskamer 3 kleinzonen (tussen 10-14 jaar). Ze fluisteren, de oudste zegt, vraag het gewoon aan Ine. Wat is een Hospice eigenlijk? Krijgt iedereen daar een spuitje om dood te gaan?

Deze en nog meer vragen in alle simpelheid beantwoord. Wat een bijzonder en waardevol moment. Ook voor mij, zoveel vertrouwen. Toen: is het raar als wij morgen gaan voetballen? Weet jij waar we dat kunnen doen? Goud dit!!

De familie kijkt via zo’n ouderwetse filmprojector naar oude vakantie filmpjes, de jonge jaren van hun oma/moeder. Ze lachen samen en vragen of ik ook even meekijk.

Dochter zou graag willen blijven slapen, cliënt wil dit niet, ze wil de laatste nacht alleen zijn.

Afscheid van een erg verdrietige dochter en zoon. Ik omhels ze, dit deed ik nooit in het AMC. Zie ik je morgen nog vraagt de dochter. Ja, om 14.30.

Dan stelt ze nog de vraag van haar moeder, of ik over 5 minuten nog even bij haar kom zitten. Specifiek ik. Natuurlijk.

We praten niet veel, wat over haar angst over wat er zal zijn. Ik houd haar handen vast en we kijken elkaar aan.

Ze heeft een zuurstof slangetje en vraagt of ze dat wel om zal houden in de nacht. Ja, waarom niet? Misschien verstik ik mezelf erin.

Korte blik en dan een schaterlach, van ons alletwee. Zo bevrijdend. Vertel je morgen dat we zo moesten lachen?

Dan neem ik afscheid , omhels haar, bedank haar.

Dinsdagmiddag

Ik condoleer de familie en vertel het zuurstof verhaal en zeg erbij dat dit op verzoek van haar moeder is. Tranen en lachen bij de dochter.

Zij zegt dan dat ze van haar moeder moet zeggen hoe fijn ze het vond dat ik bij haar zat toen iedereen weg was. Ik ben ontroerd, zichtbaar en spreek dit ook uit.

Om 16.00 is de uitgeleide. Alle deuren dicht, andere cliënten weten dit. Onze quilt ligt over de kist, collega spreekt een mooie tekst uit. Dan gaat ze weg.

Later deze avond zegt een andere cliënt tegen me; Ine weet je al dat ik over 4 dagen euthanasie krijg? Werk je nog van te voren of nemen we vanavond afscheid

Ik ben trots op mijn werk en hoe ik dit kan doen. Ik moet wel echt ook zeggen dat ik dinsdag na een pittige training het kwijt was, uit mijn hoofd en mijn systeem.

Ik zat alleen nog wat te malen met de gedachte of ik dit in de Huddle wilde delen.
Dat heb ik nu gedaan.

Op de foto de quilt, dat lint hangt aan de deurknop bij de kamer van de overleden.”

Home » Blog » “Vertel je morgen dat we zo moesten lachen?” – Verhaal van de maand juli, Ine Werens